Aansluitplicht warmtenet

In Nederland is een groot aantal distributienetten voor warmte. Zo’n warmtenet transporteert warmte voor de verwarming van gebouwen en de warmtapwatervoorzieningen. Voorbeelden hiervan zijn de stads- of wijkverwarming, de blokverwarming en een warmte-koudeopslagsysteem.

Aansluitplicht

Bij nieuwbouw geldt in veel gevallen een aansluitplicht indien een warmtenet binnen 40 meter van het te bouwen bouwwerk beschikbaar is. Deze verplichting geldt hoofdzakelijk ten behoeve van een gezonde exploitatie van het warmtenet. Anders gezegd, zonder verplichte aansluiting zou de investering die gedaan moet worden om zo’n warmtenet aan te leggen niet terugverdiend kunnen worden.

Deze aansluitplicht was voorheen opgenomen in gemeentelijke bouwverordeningen. Daarin stond duidelijk beschreven in welke gevallen je verplicht was aan te sluiten op het warmtenet. Sinds de invoering van het Bouwbesluit 2012 is de aansluitplicht echter daarin opgenomen. Aangezien het Bouwbesluit 2012 de mogelijkheid biedt om van regels af te wijken op grond van het gelijkwaardigheidsbeginsel, zorgde dit voor veel discussie. De minister heeft dat opgelost door het Bouwbesluit op dit punt te wijzigen in 2013. Sindsdien geldt voor het uitrollen van nieuwe (gedeeltes van) warmtenetten enkel een aansluitplicht indien dit door de gemeente in een zogenaamd warmteplan is vastgelegd.

Warmteplan

In het warmteplan dient te worden opgenomen voor welke periode het warmteplan geldt (maximaal tien jaar), voor welk gebied het warmteplan geldt, hoeveel aansluitingen nodig zijn voor een gezonde exploitatie van het aanwezige warmtenet en de mate van energiezuinigheid die wordt bereikt met het aansluiten op het warmtenet.

Vooral dit laatste punt is van belang, omdat daarmee getoetst kan worden of een alternatieve oplossing als gelijkwaardig kan kwalificeren op grond van het gelijkwaardigheidsbeginsel. In dat geval geldt namelijk geen aansluitplicht. In zijn algemeenheid kan gezegd worden dat geen aansluitplicht geldt in het geval een alternatief tenminste dezelfde mate van energiezuinigheid en bescherming van het milieu biedt als een aansluiting op het warmtenet.

Stelt de gemeente bij de aanleg van een nieuw (gedeelte van een) warmtenet geen warmteplan op, of vergeet zij het bestaande warmteplan tijdig opnieuw vast te stellen, dan geldt geen aansluitplicht.

Gevolgen voor de praktijk

De genoemde wetswijzigingen met betrekking tot de aansluitplicht kunnen tot vragen leiden bij nieuwbouwprojecten. Ontwikkelaars willen niet altijd aansluiten op een warmtenet, omdat zij zelf de voorkeur geven aan een andere energiezuinige manier om het te bouwen gebouw van warm water te voorzien. Wij krijgen dan ook regelmatig de vraag vaak of er een aansluitplicht geldt, en zo ja, of het mogelijk is een alternatief aan te bieden.

Van belang daarbij is dat enkel voor nieuw aan te leggen (gedeelten van) warmtenetten de verplichting geldt een warmteplan op te stellen. Voor reeds bestaande warmtenetten gelden de regels zoals opgenomen in de destijds geldende bouwverordeningen. Om een alternatief aan te bieden, dient dan in de bouwverordening te worden bekeken of hiertoe een mogelijkheid bestaat.

Indien u vragen heeft over de aansluitplicht, kunt u contact opnemen met Floris Mollema of Marco de Boer.

Pagina printen:Printen
Relevante nieuwsberichten