Wijziging woningwaarderingsstelsel per 1 oktober 2016

Per 1 oktober 2016 is het woningwaarderingsstelsel voor zelfstandige woonruimte opnieuw gewijzigd. Deze aanpassing is bedoeld om de totstandkoming van een middensegment in de huur (verder) te bevorderen. Daarnaast is de regeling waarbij voor bepaalde nieuwbouwwoningen een minimum WOZ-waarde geldt (waardoor die woningen blijven geliberaliseerd verhuurd kunnen worden), uitgebreid naar grootschalige renovaties.

shutterstock-424211692.jpg

Op 1 oktober 2015 is de WOZ-waarde onderdeel gaan uitmaken van het woningwaarderingsstelsel (WWS). Daarbij vervielen de onderdelen woonvorm, woonomgeving, hinderlijke situaties en schaarstepunten. Daarnaast werd voor bepaalde nieuwbouwwoningen een minimum van 40 WOZ-punten geïntroduceerd, in geval deze woningen op basis van objectieve kwaliteitskenmerken ten minste 110 punten hadden. 

Met ingang van 1 oktober 2016 krijgen kleine nieuwbouwwoningen (tot 40m2), gebouwd in het kalenderjaar 2018, 2019, 2020, 2021 en 2022, een hogere waardering in het WWS dan de algemeen geldende waardering per vierkante meter. Dat geldt uitsluitend indien de bouw daarvan plaatsvindt in de COROP-regio’s Amsterdam en Utrecht. Gebruikelijk wordt het aantal WOZ-punten in het WWS berekend door de WOZ waarde te delen door € 7.995,00. Dit puntental dient vervolgens vermeerderd te worden met het resultaat van de berekening: WOZ-waarde gedeeld door oppervlakte gedeeld door € 122,00. Voor kleine nieuwbouwwoningen in de genoemde COROP-regio’s, gerealiseerd in de genoemde jaren, wordt laatstgenoemde factor (€ 122,00) vanaf 1 oktober 2015 gewijzigd in € 51,00. Daardoor stijgt het aantal WWS punten voor de WOZ waarde voor die woningen aanzienlijk; kleine nieuwbouw woningen kunnen daardoor eerder geliberaliseerd verhuurd worden. Op grond van de toelichting behorende bij het WWS is deze regeling ook van toepassing op verbouw, indien na de verbouw voldaan wordt aan de energieprestatie-eisen voor nieuwbouw. Dat brengt onder meer met zich dat onder de regeling zowel gerenoveerde woningen kunnen vallen als kantoorruimte die omgezet is in woonruimte. 

Vanaf 1 oktober 2015 geldt voor nieuwbouwwoningen, ongeacht hun oppervlakte, gebouwd in de kalenderjaren 2015,  2016,  2017,  2018 en 2019, een minimum van 40 WOZ-punten. Althans indien het aantal WWS-punten op grond van objectieve kwaliteitskenmerken ten minste 110 punten bedraagt. Daardoor is de werkelijke WOZ-waarde niet meer van belang. Met ingang van 1 oktober 2016 is deze regeling uitgebreid. De regeling geldt nu ook voor woningen die na renovatie voldoen aan de energieprestatie-eisen geldend voor nieuwbouw. Die verbouw dient dan wel gerealiseerd te worden in de kalenderjaren 2018, 2019, 2020, 2021 of 2022. 

Gerenoveerde woningen die niet aan de energieprestatie-eisen voldoen, maar waarbij wel sprake is van een investering van minimaal € 10.000,00 per woning, krijgen met ingang van 1 oktober 2016 een tijdelijke toeslag op het aantal WWS punten. Die toeslag geldt voor het kalenderjaar waarin de renovatie is gerealiseerd en de vijf daarop volgende kalenderjaren. Telkens een toeslag van 0,2 punt per € 1.000,00 per kalenderjaar. 

Indien u vragen heeft over dit artikel kunt u contact opnemen met Jos van den Mosselaar.

Pagina printen:Printen
Relevante nieuwsberichten