Aftellen naar de Omgevingswet; het omgevingsplan en hoe dat er praktisch uit zal gaan zien

Eén van de kerninstrumenten in de Omgevingswet is het omgevingsplan. Gemeenten zijn straks verplicht voor haar grondgebied één omgevingsplan vast te stellen met een evenwichtige toedeling van functies aan locaties. Dit omgevingsplan gaat de bestemmingsplannen, beheersverordeningen en diverse gemeentelijke verordeningen vervangen. In het omgevingsplan moeten alle onderwerpen over de fysieke leefomgeving zijn opgenomen. Het gaat daarbij om meer dan alleen de bestemming van gronden en gebouwen. Denk daarbij ook aan onderwerpen zoals het kappen van bomen, het gebruik van monumenten en het plaatsen van reclame-uitingen. Ook milieuregels zullen straks in het omgevingsplan worden opgenomen en in een omgevingsplan kunnen actieve verplichtingen worden opgenomen. Zoals bijvoorbeeld een maximaal verhardingspercentage of het aanbrengen van een waterberging.

180905-pk-omgevingswet.jpg

Als straks op 1 januari 2024 de Omgevingswet in werking treedt, hebben alle gemeenten van rechtswege een omgevingsplan. Dat omgevingsplan bestaat uit een tijdelijk deel en een nieuw deel. Het tijdelijke deel van het omgevingsplan bestaat uit alle (ruimtelijke) regels uit vervallen instrumenten zoals de bestemmingsplannen, aangevuld met bepalingen uit onder andere de gemeentelijke erfgoedverordening, geurverordening en verordening afvoer regen- en grondwater. Hoewel de figuur van het bestemmingsplan straks per 1 januari 2024 niet meer bestaat, blijven de regels daarvan onder de noemer ‘omgevingsplan’ wel gewoon gelden. Onderdeel van het tijdelijke deel is ook de zogenaamde ‘bruidsschat’. In de bruidsschat staan regels die met de inwerkingtreding van de Omgevingswet op rijksniveau zullen komen te vervallen. Denk daarbij aan regels aangaande het bouwen en in stand houden van bouwwerken, waaronder de redelijke eisen van welstand, vergunningplichten en specifieke zorgplichten ten aanzien van bouwwerken. Die bruidsschat moet zorgen voor een soepele overgang in regelgeving en moet ervoor zorgen dat er daarin geen leemte ontstaat. Er zal dus straks met inwerkingtreding van de Omgevingswet geen regelloze situatie ontstaan.

Het nieuwe deel van het omgevingsplan is in beginsel nog leeg. Het is de bedoeling dat gemeenten dat deel gaan invullen. Gemeenten krijgen daarvoor tot 1 januari 2032 de tijd.

Heel lang is het onduidelijk geweest hoe dat omgevingsplan er straks uit zal gaan zien maar inmiddels worden de contouren steeds duidelijker. Ook omdat diverse gemeenten al vorm aan het geven zijn aan hun omgevingsplan. Zo heeft de gemeente Amsterdam inmiddels een basisregeling opgesteld op basis waarvan het omgevingsplan gefaseerd vormgegeven zal gaan worden. De gemeente Amsterdam heeft daarbij gebruik gemaakt van het document ‘Bruidsschat omgevingsplan artikelen’, en heeft daarin haar nieuwe regels ingevuld. Zo heeft de gemeente Amsterdam onder andere omschrijvingen van functiedoelen opgenomen en vergunningenstelsels voor een aantal omgevingsplanactiviteiten. Dat heeft vervolgens geleid tot het document ‘Omgevingsplan Amsterdam Basisregeling – regels’. Dat document bevat een mooi voorbeeld hoe de regels van een omgevingsplan eruit kunnen zien.

Het concept van een verbeelding (plankaart) op basis waarvan regels die gelden voor een specifieke locatie kunnen worden gevonden, wordt met de Omgevingswet niet losgelaten. In de Omgevingswet worden functies aan locaties toegekend en de bijbehorende regels zijn via ‘regels op de kaart’ terug te vinden. In het Omgevingsloket is een oefenomgeving ingericht die bezocht kan worden.

Nu de contouren van het omgevingsplan steeds duidelijker worden, wordt in mijn beleving ook steeds duidelijker dat er geen reden is voor paniek. Het systeem gaat niet wezenlijk wijzigen, alleen de regels worden op een andere manier geordend. En doordat het omgevingsplan straks voor het gehele grondgebied gaat gelden, zal dat ook uniformiteit van regelgeving tot gevolg hebben. Zo zal bijvoorbeeld de omschrijving van wat binnen de functie ‘wonen’ mogelijk is voor het gehele gemeentelijke grondgebied gelijk zijn. En dat is in mijn ogen winst. Daarbij blijft maatwerk mogelijk via specifieke locatieaanduidingen of een aanduiding van een specifieke status van die locatie.

Heeft u vragen of opmerking naar aanleiding van dit bericht? Neem dan gerust contact op met Pieter Kok of Richard van Oevelen.

Pagina printen:Printen
Relevante nieuwsberichten