Met ingang van 1 maart 2015 is de Opiumwet gewijzigd. In de nieuwe Opiumwet (artikel 11a) is nu bepaald dat handelingen ter voorbereiding of bevordering van illegale hennepteelt als een zelfstandig strafbaar feit worden aangemerkt. Iemand die dus materialen aanwezig heeft voor hennepkweek – ook als de kwekerij zelf nog niet is ingericht – pleegt dus tegenwoordig een strafbaar feit door overtreding van de Opiumwet.
Een huurder die de Opiumwet overtreedt gedraagt zich niet als goed huurder. Dat was al eerder uitgemaakt in de jurisprudentie. De vraag is echter of dit óók zou gelden voor een huurder die feitelijk alleen hennepgerelateerde materialen aanwezig heeft in zijn woning.
In een zaak waarin ik de verhuurder bijstond kwam deze vraag (onder andere) aan de orde. In het schuurtje bij de huurwoning was bijvoorbeeld een groot aantal assimilatielampen, transformatoren, slakkenhuisventilatoren, bloempotten, buizen en aansluitmaterialen aangetroffen door de politie. De verhuurder stelde zich op het standpunt dat de huurder hierdoor tekortschoot in zijn verplichtingen als huurder.
De kantonrechter1 is het hiermee eens. Omdat er hennepgerelateerde zaken in zijn huurwoning zijn aangetroffen heeft de huurder zich niet als goed huurder gedragen. Het beroep van de verhuurder op artikel 11a van de Opiumwet slaagt.
Bovenstaande betekent een verdere aanscherping van de hennepjurisprudentie. Voorheen moest sprake zijn van een hennepkwekerij met planten (of van een hennepkwekerij die in zo’n vergevorderd stadium van aanleg was dat alleen de planten nog ontbraken) om ontbinding van een huurovereenkomst te rechtvaardigen.
Mocht u vragen hebben over de aanpak van (voorbereidingshandelingen voor) hennepteelt, neemt u dan contact op met Christian Schellekens.
1) Kantonrechter Tilburg 25 november 2015 (niet gepubliceerd).