Een huurder moet de huur bij vooruitbetaling voldoen, meestal vóór de eerste van de maand. In een zaak die speelde bij de kantonrechter te Assen betaalde de huurder al jarenlang de huur in gedeelten per maand en vaak achteraf. De corporatie had dit altijd gedoogd. Op enig moment ontstaat een (geringe) huurachterstand. De corporatie vordert bij de kantonrechter te Assen de huurachterstand, rente en buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter oordeelt dat de huur bij vooruitbetaling moet worden betaald en dat een verhuurder geen genoegen hoeft te nemen met betaling in gedeelten. Vast staat echter wel dat gedurende een lange reeks van jaren de huurtermijn gespreid per maand en achteraf heeft plaatsgevonden. Dit is kennelijk al jaren gedoogd door de corporatie. Zij heeft de huurder er niet op gewezen dat zij haar beleid hieromtrent gewijzigd heeft. Evenmin heeft de corporatie eerder bezwaar gemaakt tegen deze betalingswijze. Volgens de kantonrechter moet de huurder op grond van de redelijkheid en billijkheid dan ook een ruime termijn krijgen om er voor te zorgen dat de huur voortaan bij vooruitbetaling kan worden gedaan. De kantonrechter meent dat de corporatie de incassoprocedure ten onrechte gestart is en hierdoor nodeloos kosten veroorzaakt heeft. Deze moeten voor rekening van de corporatie blijven.
Indien een verhuurder gedoogt dat de huurder jarenlang de huur gespreid en vaak ook achteraf betaalt, kan niet opeens van de huurder worden verlangd dat hij de huur vóór de eerste van de maand betaalt. Wil de verhuurder dit wel afdwingen, dan is het verstandig om met de huurder af te spreken dat dit met ingang van een bepaalde datum wel moet gebeuren, alvorens een incassotraject te starten.
Rechtbank Assen, sector kanton, 21 februari 2012, LJN: BW 3575
Tanja de Groot