Een huurder die een zelfaangebrachte voorziening (ZAV) realiseert, kan onder voorwaarden bij het einde van de huurovereenkomst een vergoeding krijgen. Een voorwaarde is dat de verhuurder door de voorziening is verrijkt. Het Gerechtshof Amsterdam stelt dat er geen sprake is van verrijking wanneer de ZAV in strijd is met de Woningwet en het geldende bestemmingsplan. De verhuurder heeft dan geen profijt van de voorziening en is dus niet verrijkt. In deze casus verbouwde de huurder illegaal (slaap)kamers om de woning geschikt te maken voor verhuur aan Polen. De huurder kreeg geen vergoeding voor deze ZAV.
Gerechtshof Amsterdam, 7 december 2010, LJN: BP0273
Tanja de Nijs
Dit artikel is tevens gepubliceerd in Aedes-Magazine 4/2011.