Zonnepanelen en BTW

Een particulier die door middel van zonnepanelen op zijn eigen woning elektriciteit aan het net levert, verricht volgens het Europese Hof van Justitie (HvJ) een “economische activiteit”. Dat brengt met zich mee dat die particulier BTW moet afdragen aan de Belastingdienst over de prijs die hij ontvangt voor de door hem geleverde elektriciteit. Daar staat tegenover dat de particulier ook recht heeft op aftrek van voorbelasting, d.w.z. teruggaaf van de BTW die hij heeft betaald voor de aankoop (en het onderhoud) van de zonnepanelen.

Volgens het HvJ is dat ook het geval als de geproduceerde hoeveelheid elektriciteit die de particulier aan het net levert lager is dan zijn totale privé-gebruik. Dat heeft het HvJ geoordeeld in het arrest van 20 juni 2013, nr. C-219/12.

In deze kwestie, die speelde in Oostenrijk, draaide het kort gezegd om de vraag of de particulier die de elektriciteit leverde wel kon worden aangemerkt als belastingplichtige in de zin van de BTW-wetgeving. Volgens de Europese BTW-regelgeving is iedereen die een “economische activiteit” verricht, belastingplichtig. En dat was dus hier het geval, want volgens het HvJ is de exploitatie van een installatie van zonnepanelen een “economische activiteit”.

Exploitatie

In de Nederlandse BTW-wetgeving wordt de term “economische activiteit” niet gebruikt. In Nederland wordt als belastingplichtige voor de BTW aangemerkt: degene die een bedrijf zelfstandig uitoefent – en daarvan is sprake ingeval van de “exploitatie van een vermogensbestanddeel om er duurzaam opbrengst uit te verkrijgen”.

Een particulier die door middel van zonnepanelen op zijn eigen woning elektriciteit levert aan het net is, gezien het arrest van het HvJ, in principe ook in Nederland belastingplichtig voor de BTW. Hij exploiteert immers een “vermogensbestanddeel” – de zonnepanelen op zijn woning – en is daarmee ondernemer voor de BTW. En de levering van elektriciteit door een ondernemer is belast met BTW.

Kleine ondernemersregeling

Daarmee is echter nog gezegd dat deze particulier dan zonder meer BTW moet afdragen aan de Belastingdienst over de prijs die hij ontvangt voor de levering van elektriciteit aan het net. Een natuurlijke persoon die is aan te merken als ondernemer voor de BTW, kan gebruik maken van de kleine ondernemersregeling. Die regeling houdt onder meer in dat de ondernemer die per jaar voor al zijn ondernemersactiviteiten minder dan € 1.345,-- BTW zou zijn verschuldigd aan de Belastingdienst (na aftrek van voorbelasting), in het geheel geen BTW hoeft te voldoen. Er zit overigens ook een nadeel aan de kleine ondernemersregeling: als het bedrag van de voorbelasting groter is dan het bedrag dat de ondernemer zou moeten afdragen aan de Belastingdienst, kan hij dat verschil niet terugvragen van de Belastingdienst. Dus met name in jaren waarin de kleine ondernemer grote investeringen doet (zoals bij de aanschaf van zonnepanelen), kan toepassing van de kleine ondernemersregeling nadelig zijn.

Huurders

Het komt inmiddels ook steeds vaker voor dat huurders van een woning door middel van zonnepanelen op hun huurwoning elektriciteit leveren aan het net. Levert die huurder die elektriciteit dan ook als “ondernemer”? In de situatie dat de huurder de zonnepanelen huurt (van de verhuurder van zijn woning of van een derde) en daarmee elektriciteit opwekt die hij aan het net levert, is er in wezen geen sprake van de “exploitatie van een vermogensbestanddeel” omdat de eigendom van de installatie bij een derde berust. De huurder is in die situatie niet aan te merken als “ondernemer”. Als de huurder de elektriciteit niet als “ondernemer” levert, is die levering niet onderworpen aan BTW.

Als daarentegen de huurder zelf zonnepanelen koopt, deze installeert op zijn huurwoning, en daarmee elektriciteit gaat leveren aan het net, is er wél sprake van “exploitatie van een vermogensbestanddeel”, en is de levering van de elektriciteit in principe belast met BTW (afgezien van toepassing van de kleine ondernemersregeling).

Saldering

Het is overigens ook de vraag wat de invloed is van artikel 31c van de Elektriciteitswet. Daarin is (sinds 1 juli 2013) kort gezegd bepaald dat de door een particulier duurzaam opgewekte elektriciteit mag worden verrekend (gesaldeerd) met de elektriciteit die hij afneemt van het energiebedrijf. Naar die bepaling wordt verwezen in het nog niet in werking getreden artikel 8a van de Wet op de omzetbelasting. Daarin staat dat bij levering van elektriciteit de BTW wordt berekend over het verschil tussen de vergoeding die het elektriciteitsbedrijf berekent over de door hem geleverde elektriciteit en de vergoeding die de particulier berekent over de door hem aan het elektriciteitsbedrijf geleverde elektriciteit. Gezien het arrest van het HvJ is het niet waarschijnlijk dat dit artikel 8a nog in werking gaat treden.

Nader beleid door Financiën

Wat precies de gevolgen zijn van het arrest van het HvJ voor de praktijk in Nederland, is nog niet uitgekristalliseerd. Het is nog afwachten of het Ministerie van Financiën op dit punt nader beleid gaat vaststellen.

Verhuurders

Het arrest van het HvJ heeft in ieder geval duidelijk gemaakt dat degene die met gebruikmaking van zonnepanelen op zijn eigen gebouw elektriciteit levert aan het net, is aan te merken als ondernemer voor de BTW. Dat betekent dat eigenaren van gebouwen – zoals corporaties en andere professionele verhuurders - die door middel van zonnepanelen op hun gebouwen elektriciteit leveren aan het net, ervan moeten uitgaan dat zij een met BTW belaste levering verrichten.

Hans van Doesburg

Pagina printen:Printen
Relevante nieuwsberichten