In een civiele procedure tot ontbinding van de huurovereenkomst van een huurder doen verhuurders soms een beroep op strafrechtelijke informatie die hen in dit verband bekend is over de huurder om hiermee de tekortkoming (bijv. hennepkweek, overlast, drugsgerelateerde activiteiten in het gehuurde) van de huurder te onderbouwen. Mag dit?
Ja, in beginsel is dit toegestaan. In een recente zaak die diende bij het Gerechtshof Den Haag[1] ging de discussie over de vraag of de huurder wel of niet zijn hoofdverblijf had in het gehuurde. In de procedure werd door de verhuurder een beroep gedaan op diverse strafrechtelijke stukken. De huurder voerde als verweer aan dat het gebruik van die informatie onrechtmatig is. De bevoegdheid van de politie om een strafrechtelijk onderzoek te verrichten, zou volgens de huurder voor een ander doel zijn gegeven.
Het Hof overweegt echter dat het gebruik van strafrechtelijke stukken in een civiele procedure niet zonder meer onrechtmatig is. Een rechter mag volgens het hof aan dergelijke stukken in een civiele procedure vrije bewijskracht toekennen. Verhuurders moeten dus niet te huiverig zijn om gebruik te maken van informatie die zij van politie hebben verkregen ter onderbouwing van hun standpunt. De politie zal bij het verstrekken van informatie aan derden wel rekening houden met de Wet politiegegevens. Afhankelijk van de situatie biedt deze wet de mogelijkheid tot uitwisseling van gegevens tussen de politie en gemeente en/of woningcorporaties.
Heeft u vragen over dit onderwerp dan kunt u contact opnemen met mr. Tanja de Nijs.