Wetsvoorstel WNT-3 voor advies naar de Raad van State

Minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken heeft onlangs het wetsvoorstel WNT-3, waarmee topinkomens van werknemers in de (semi) publieke sector worden begrensd, naar de Raad van State gestuurd voor advies. Met dit wetsvoorstel wordt de laatste stap gezet in de uitvoering van de afspraken in het regeerakkoord omtrent de Wet Normering Topinkomens (WNT).

shutterstock-571649245.jpg

WNT-3

Tot op heden is de WNT alleen van toepassing op medewerkers in de (semi) publieke sector die onder de definitie topfunctionaris vallen. De maximale bezoldiging is voor hen gelijk aan het ministersalaris van 181.000 euro (bruto in 2017). Met de invoering van de WNT-3 wordt de groep die onder de WNT valt uitgebreid. De bezoldiging van werknemers wordt net als die van topfunctionarissen genormeerd. Er wordt een bovengrens gesteld aan wat een werknemer in de (semi) publieke sector mag verdienen. 

WNT-3 en invloed woningbouw

Met invoering van dit wetsvoorstel wordt niet alleen de bezoldiging van topfunctionarissen die werkzaam zijn bij een woningcorporatie genormeerd, ook de werknemers hebben te maken met een bovengrens. Toch kent het wetsvoorstel nog wel een aantal verschillen tussen de rechtspositie van een topfunctionaris en een werknemer werkzaam bij een woningcorporatie: 

Bezoldigingsklassen
Voor specifieke sectoren, zoals de woningbouw, is de bezoldiging van topfunctionarissen ingedeeld in verschillende bezoldigingsklassen. Er is niet één bezoldigingsmaximum. Afhankelijk van de omvang van de gemeente waar het grootste deel van de woningen van de woningcorporatie is gelegen en de grootte van de woningcorporatie zijn er verschillende bezoldigingsklassen, zogenaamde staffels. Dit staffelsysteem geldt niet voor werknemers die onder de WNT-3 gaan vallen. De bezoldiging van werknemers wordt uitsluitend genormeerd aan de hand van het wettelijk bezoldigingsmaximum, wat gelijk is aan het ministersalaris, en dus niet aan de hand van lagere staffels. 

Ontslagvergoeding
De ontslagvergoeding voor topfunctionarissen is met de invoering van de WNT-1 beperkt tot een maximum van 75.000 euro, met uitzondering van de transitievergoeding die dit maximumbedrag kan overschrijden indien het jaarsalaris van de topfunctionaris €77.000 bedraagt. Het wetsvoorstel WNT-3 voert wel een bezoldigingsmaximum maar geen maximaal te ontvangen ontslagvergoeding in voor werknemers. Dit kan tot onrechtvaardige taferelen leiden bij bijvoorbeeld een reorganisatie. Een topfunctionaris kan bij een reorganisatie niet meer dan 75.000 euro ontslagvergoeding ontvangen terwijl de ontslagvergoeding van een werknemer (vooralsnog) niet genormeerd is. Deze ongelijkheid is tevens een aandachtspunt in de evaluatiewet WNT (zie hierover dit artikel van 23 februari 2017).

Conclusie

Hoewel met de invoering van de WNT-3 niet langer alleen de topinkomens van topfunctionarissen worden begrensd maar ook die van de werknemers zijn er ook nog een aantal verschillen ten aanzien van de rechtspositie van werknemers in vergelijking met de rechtspositie van topfunctionarissen. Vooralsnog ligt het wetsvoorstel bij de Raad van State voor advies. Wij houden u uiteraard op de hoogte wanneer de Raad van State een advies heeft uitgebracht. 

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Poppe Merkus.

Pagina printen:Printen
Relevante nieuwsberichten